Inleiding
Bewust of onbewust sluit (bijna) iedereen aan de lopende band overeenkomsten. In de supermarkt, bij de kapper, in een restaurant maar ook in de zakelijke sfeer met klanten, leveranciers, een verhuurder, een aannemer, en ga zo maar door. Het is dus geen overbodige luxe om kort stil te staan bij de totstandkoming van overeenkomsten. Wanneer komt er nu wel of juist geen overeenkomst tot stand?
De aanleiding van dit artikel is een uitspraak waarin een Canadese rechter oordeelde over de vraag of er tussen partijen een overeenkomst tot stand was gekomen door het versturen van een 👍(duim)-emoji.
Wat was er aan de hand?
Eiser in deze zaak is een Canadees bedrijf die graan en gewassen invoert, genaamd South West Terminal Ltd. (hierna ‘SWT’). Deze partij heeft een procedure gevoerd tegen een Canadees boerenbedrijf, genaamd Achter Land & Cattle Ltd (hierna ‘Achter’).
SWT heeft in maart 2021 een Whatsapp bericht gestuurd naar Achter met de mededeling dat SWT op zoek is naar grote hoeveelheden Vlas[1] voor een maximale prijs van $ 17.00 per baal. Achter heeft vervolgens contact opgenomen met SWT en bericht dat zij 86 ton Vlas zou kunnen leveren voor deze prijs. SWT heeft daarna per Whatsapp een door SWT ondertekend contract toegestuurd voor de koop van 86 ton Vlas voor $ 17.00 per baal met de mededeling “bevestiging vlascontract”. De levering moest in november 2021 plaatsvinden. Achter reageerde hierop met een 👍(duim)-emoji.
U voelt het waarschijnlijk al aankomen. Achter heeft de 86 ton Vlas in november 2021 niet geleverd. Bijkomend probleem was dat een baal Vlas op dat moment $ 41,00 kostte en de prijs dus met +/- 240% was gestegen. SWT vordert een schadevergoeding omdat niet is geleverd conform overeenkomst. Achter stelt dat er geen overeenkomst tussen partijen tot stand was gekomen.
Deze procedure ging dus over de vraag of er tussen SWT en Achter een overeenkomst tot stand is gekomen. Meer concreet ging het over de vraag of Achter akkoord is gegaan met de overeenkomst door het versturen van de 👍(duim)-emoji.
SWT stelde zich op het standpunt dat de 👍(duim)-emoji staat voor akkoord. Ook voert SWT aan dat partijen al sinds 2015 zaken doen en er in het verleden al vaker contracten zijn toegestuurd via Whatsapp. Achter reageerde daarop met de mededeling “Ok” of “Yup”. Die contracten zijn vervolgens wel nagekomen.
Achter voert echter aan dat hij (nog) niet akkoord was met de overeenkomst maar de 👍(duim)-emoji enkel stond voor ontvangst van de overeenkomst. De overeenkomst was volgens Achter nog niet compleet. Daarnaast kocht SWT voorheen altijd goederen in die bij Achter op voorraad waren. In dit geval moest de Vlas nog geproduceerd worden waardoor er ook een ander soort contract moest worden opgesteld volgens Achter.
Totstandkoming van overeenkomsten in Nederland
Een overeenkomst komt tot stand door een aanbod en aanvaarding van dat aanbod.[2] Een aanbod en de aanvaarding van dat aanbod kan vormvrij plaatsvinden.[3] Een aanbod kan dus schriftelijk en mondeling plaatsvinden maar het kan ook in gedragingen besloten of zelfs stilzwijgend plaatsvinden.
Een aanbod en de aanvaarding daarvan zijn rechtshandelingen. Dat betekent ‘een op een rechtsgevolg gerichte wil die zich door een verklaring heeft geopenbaard’.[4] Een 👍(duim)-emoji zou in theorie dus als een aanvaarding kunnen gelden maar de vraag blijft wat de bedoeling van de partij is geweest die de emoji heeft verstuurd. De emoji moet dus worden uitgelegd in de context van de gebeurtenissen.
Een rechtshandeling wordt uitgelegd aan de hand van “wat partijen over en weer uit elkaars verklaringen of gedragingen omtrent hun wederzijdse bedoelingen (hun wil) hebben mogen afleiden en op wat partijen op die grond aan rechtsgevolgen kan worden toegerekend.”[5] Van belang in dat kader is ook de vraag of de wederpartij (de partij tegen wie de verklaring was gericht) de verklaring onder deze omstandigheden redelijkerwijs mocht opvatten als een verklaring van deze strekking.[6] In dat geval wordt de wederpartij beschermd.
Terug naar de casus
De Canadese rechter volgt het standpunt van SWT en oordeelde dus dat er door het versturen van de 👍(duim)-emoji een overeenkomst tot stand is gekomen. Achter moet $ 82.000,- (€ 56.000,-) schadevergoeding aan SWT betalen.
De Canadese rechter verwijst daarbij naar de definitie van deze emoji op Dictionary.com: “het wordt gebruikt om instemming, goedkeuring of aanmoediging uit te drukken in digitale communicatie, vooral in westerse culturen”.
Van belang om op te merken is dat Nederland een ander rechtsstelsel kent dan Canada en de emoji dus ook op een andere manier kan worden uitgelegd. Het gaat er om wat partijen over en weer uit de emoji hebben mogen afleiden en welk gevolg daaraan kan worden toegerekend. Ook het verleden is daarbij een relevante factor.
Persoonlijk verwacht ik dat een Nederlandse rechter minder snel een 👍(duim)-emoji zou kwalificeren als aanvaarding van een dergelijke overeenkomst. Een relevante omstandigheid vind ik wel hoe lang na het versturen van de overeenkomst de emoji is verstuurd. Indien de emoji binnen enkele minuten na de overeenkomst is gestuurd, duidt het er meer op dat Achter inderdaad alleen de ontvangst heeft bevestigd. Aan de andere kant kan gesteld worden dat partijen in het verleden vaker op informele methoden contracten sloten, alhoewel dat andersoortige contracten waren.
Kortom; het blijft een moeilijke vraag die steeds afhankelijk is van de feiten in dat specifieke geval. In theorie kan een 👍(duim)-emoji dus wel als aanvaarding gelden.
De vervolgvraag die dan gesteld kan worden is welke betekenis aan de ‘boks’ 🤜 of ‘handdruk’ 🤝-emoji moet worden toegekend?
De moraal van dit artikel; let goed op welke emoji’s u in welke omstandigheden gebruikt en wat u daar eigenlijk mee bedoelt 😉.
Voor vragen over de totstandkoming en inhoud van een overeenkomst (of een verstuurde emoji) kunt u ons uiteraard benaderen.
Wat vindt u? Geeft u SWT of Achter gelijk?