De Ondernemingskamer, ook wel ‘’OK’’ genoemd, is een bijzondere Kamer van het Gerechtshof Amsterdam. Deze Kamer richt zich op het behandelen en het beslissen van diverse procedures op het gebied van het ondernemingsrecht. Daarnaast worden er geschillen over Nederlandse Vennootschappen beoordeeld.
De Ondernemingskamer heeft de bevoegdheid om zaken te behandelen die betrekking hebben op de interne organisatie van de vennootschap, zoals:
- De benoeming van bestuurders;
- Het uitvoeren van vergaderingen;
- Het aangaan van transacties;
- Het verkrijgen van informatie over de vennootschap;
- De bescherming van de belangen van minderheidsaandeelhouders.
Daarnaast kan de Ondernemingskamer een of meerdere bestuurders en/of commissarissen schorsen of ontslaan, de statuten tijdelijk wijzigen, tijdelijk de aandelen overdragen aan een beheer en zelfs de vennootschap ontbinden.
De Ondernemingskamer behandelt verschillende procedures, waaronder de jaarrekeningprocedure, de vordering tot overdracht van aandelen door minderheidsaandeelhouders, hoger beroep tegen een vonnis van een rechtbank in een zogenaamde geschillenregeling en de meest voorkomende procedure, namelijk de enquêteprocedure.
Een procedure bij de Ondernemingskamer heeft doorgaans als doel de sanering en het herstel van een gezonde verhouding binnen de vennootschap, het geven van openheid van zaken en het vaststellen wie verantwoordelijk is voor eventueel wanbeleid binnen de vennootschap.
De Ondernemingskamer bestaat uit een vijftal rechters, welke in tegenstelling tot ‘normale’ rechtbanken en gerechtshoven niet alleen juristen zijn. De Ondernemingskamer bestaat uit een voorzitter en twee raadsheren (rechters bij het gerechtshof). Daarnaast zijn er twee raden, dat zijn deskundigen uit de beroepspraktijk (bijvoorbeeld de accountancy of bedrijfseconomie) of uit de wetenschap, die geen rechter zijn. Door deze samenstelling kan de Ondernemingskamer geschillen breder beoordelen dan op enkel juridische aspecten.
Niet iedereen kan zomaar een procedure bij de Ondernemingskamer starten. De wet bepaalt dat slechts partijen met bijzondere kwalificaties in aanmerking komen, zoals:
- Aandeelhouders en certificaathouders, mits ze voldoen aan bepaalde kapitaalvereisten;
- Leden van een vereniging, coöperatie of onderlinge waarborgmaatschappij, mits zij minstens een tiende van het totaal vertegenwoordigen;
- Het bestuur of de Raad van Commissarissen van de rechtspersoon. Bij een faillissement komt deze bevoegdheid toe aan de curator;
- Vereniging van werknemers, waaronder de Ondernemingsraad, mits hen dat recht bij de statuten of overeenkomst door een rechtspersoon wordt toegekend.
Voor vragen over de Ondernemingskamer kunt u zich tot ons kantoor wenden.
